In dit werk wilde ik de kracht van een onverwachte doorbraak vastleggen — dat moment waarop je midden in chaos of duisternis ineens licht en beweging voelt. De donkere ondergrond staat voor de stilstand, de zwaarte, misschien zelfs verlamming. Maar daar dwars doorheen breekt iets open: een krachtige beweging van lichtblauw en warm koperrood. Het is alsof iets in mij — misschien mijn geest, misschien mijn lichaam — zegt: “Ik ben er nog. Ik beweeg.”
De energie in de lijnen is grillig maar doelgericht, alsof herstel geen rechte lijn is, maar wel één met richting. Elk spatje blauw is voor mij een teken van hoop, elke rode veeg een herinnering aan strijdlust. Dit werk gaat over veerkracht, over hoe zelfs in de donkerste lagen van het leven kleur kan doorbreken.
|
Er zijn nog geen beoordelingen.